Het Nederlandse verf- en chemiebedrijf AkzoNobel zit in de gevarenzone, nu het Amerikaanse PPG Industries werkt hard aan een nieuwe overnamebod.
Dat laat persbureau Bloomberg dinsdag weten op basis van ingewijden.
AkzoNobel wees een eerste bod van PPG ter waarde van bijna 21 miljard euro begin deze maand resoluut van de hand. Direct daarna klonk echter al het geluid dat het bedrijf uit Pittsburgh van plan zou zijn een nieuwe poging te wagen. Aan de voorbereiding van een nieuw bod zou nu worden gewerkt, maar concrete details over de inhoud ervan konden de ingewijden niet leveren.
PPG, dat net als Akzo niet wilde reageren op de berichten van Bloomberg, zei na de afwijzing door het Nederlandse bedrijf zijn opties nauwkeurig te zullen afwegen. Volgens Bloomberg heeft een, niet nader genoemde, grote institutionele investeerder Akzo opgeroepen om een nieuw bod serieus in overweging te nemen.
De Wijers-truc
Eerder deze maand wees topman Ton Büchner dus al een eerste bod van PPG resoluut van van de hand: de prijs was te laag, en bovendien zou een overname door de Amerikanen niet in het belang zijn van alle ‘stakeholders’. Dat zijn naast de aandeelhouders ook de werknemers en klanten.
De vraag is of Büchner de eigen aandeelhouders met deze argumenten echt kan overtuigen. De enige echte mogelijkheid voor AkzoNobel om toekomst in eigen hand te houden is een vlucht voorwaarts. Büchner moet daarbij de truc herhalen die zijn voorganger Hans Wijers toepaste als topman van AkzoNobel.
